Wat zie ik in mijn groentetuin?

Twee oren, lang en bruin

Een hoedje op zijn krullenkruin

Daar achter de ajuin

De Paashaas, de Paashaas

Hij snoept van de prei en de boerenkool

De Paashaas, de Paashaas

De Paashaas, mijn idool

Paashaas